COCREATIE WERKVELD

IN DE PRAKTIJK

 Hanteer passende vormen van evaluatie

Bij meerdere cases kwam naar voor dat cocreatie niet eenvoudig te evalueren is. Het is immers een proces dat door veel verschillende factoren beïnvloed wordt en waarbij het niet eenvoudig is om de bijdrage van de individuele deelnemers te isoleren. Hoe betrouwbaar kan je meten als je vele deels ongrijpbare factoren zou moeten incalculeren?


Een evaluatie die sterk de nadruk legt op scores sluit niet goed aan bij cocreatie, omdat dit de creativiteit kan afremmen. Bovendien is er nood de combinatie van diverse vormen van evaluatie om een goed beeld te krijgen van de deelname van een student aan een cocreatief proces.

In verschillende cases zien we daarom een combinatie van alternatieve evaluatievormen aan bod komen, in functie van formatieve en summatieve evaluatie: zelfreflectie en zelfassessment, coachingsgesprekken die de studenten aanzetten tot reflectie, evaluatievormen waarbij intersubjectiviteit gehanteerd wordt zoals peerevaluatie en presentaties voor een jury. In vele gevallen wordt het werkveld ook bij de evaluatie betrokken – op die manier komt daar de multiperspectiviteit die eigen is aan cocreatie ook aan bod. De evaluatie betreft vaak zowel product als proces.


B-AIM van LUCA School of Arts en Odisee:


Internationaal project waarbij internationaal en interdisciplinair team studenten voor één semester het R&D team wordt van een startup. Doel: ontwikkelen van een proof of concept voor een business idee van de start-up. De beoordeling gebeurt door een jury op basis van verschillende onderdelen:

  • Score voor specificaties: bijvoorbeeld requirements analyse, technische gidsen, ...
  • Score voor product: Software/hardware product, design, business plan, ...
  • Proces: teamwork, testing, AGILE aanpak > via permanente evaluatie en peerevaluatie
  • Presentatie & verdediging voor een jury

Tanja Vesala-Varttala adviseert om te experimenteren met leerdagboeken en portfolio’s, met daarin een vaste structuur, om vergelijkbaarheid te bevorderen. Dit helpt om de studenten over hun leerproces te laten reflecteren. Werken met een leerdagboek vraagt mogelijk wel dat studenten en docenten hierin geprofessionaliseerd worden, geeft zij aan. Een interessante manier van werken is ook dat studenten en docenten de evaluatiecriteria cocreëren.

Een mogelijke aanpak is verder ook de formele evaluatie aan te vullen met kwalitatieve elementen, die wat subjectiever zijn, maar ook een validerende waarde hebben (bijvoorbeeld korte tekst van docent/peers/werkveld, die de student ook op zijn/haar cv zal kunnen gebruiken).


TERUG